Op grond van art. 15 Bbv bevat de paragraaf verbonden partijen tenminste:

a. De visie op en de beleidsvoornemens omtrent verbonden partijen.
b. De lijst van verbonden partijen, die wordt onderverdeeld in:
1. Gemeenschappelijke regelingen.
2. Vennootschappen en coöperaties.
3. Stichtingen en verenigingen.
4. Overige verbonden partijen.


In de lijst van verbonden partijen wordt ten minste de volgende informatie opgenomen (verkorte versie):

  • De wijze waarop de gemeente een belang heeft in de verbonden partij en het openbaar belang ermee gediend wordt; het belang aan het begin en de verwachte omvang aan het einde van het begrotingsjaar.
  • Informatie over vermogen en resultaat.
  • Eventuele risico’s waarvoor geen maatregelen zijn getroffen en die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot de financiële positie.


Verder is onder het programma de betrokkenheid van de verbonden partijen bij de realisatie van de doelstellingen binnen het programma vermeld (volgens art. 8, lid 3b Bbv).

In de Notitie Verbonden partijen (oktober 2016) van de commissie Bbv wordt ingegaan op een bewustwording van gemeenten van de governance aspecten en het optimaal benutten van de instrumenten van bestuur en toezicht. Deze notitie is leidraad van handelen.